Je kind is 9 jaar! Een fantastische leeftijd waarop de wereld groter wordt en de stap naar de bovenbouw of zelfs de middelbare school in de verte lonkt. Dit is ook hét moment om serieuzer met zakgeld aan de slag te gaan. Maar hoeveel zakgeld geef je een 9-jarige? En hoe pak je dat praktisch aan?
Geen zorgen, je bent niet de enige ouder met deze vragen. In deze gids geven we je duidelijke richtlijnen, gebaseerd op de meest recente cijfers van het Nibud, en praktische tips om zakgeld een succes te maken.

Hoeveel zakgeld is normaal voor een 9-jarige?
De meest gestelde vraag is natuurlijk: hoeveel zakgeld is normaal voor een kind van 9? Volgens de richtlijnen van het Nibud voor 2025 geven ouders aan een 9-jarige gemiddeld een bedrag tussen de € 2,30 en € 2,90 per week.
Het is goed om te onthouden dat dit een richtlijn is, geen wet. Hoeveel je geeft, hangt af van een paar belangrijke factoren:
- Jullie eigen budget: Wat kun je missen? De financiële opvoeding mag nooit een financiële last worden.
- Wat je kind ervan moet betalen: Is het zakgeld alleen voor snoep en een klein speeltje, of moet jouw kind er ook cadeautjes voor vriendjes van kopen? Hoe meer je kind zelf moet betalen, hoe hoger het bedrag logischerwijs wordt.
Praat eens met ouders van klasgenootjes of vrienden. Zo krijg je een beter beeld van wat in jullie omgeving gebruikelijk is. Maar laat je niet gek maken; kies een bedrag dat goed voelt voor jullie situatie.
Zakgeld 9 jaar: Per week of per maand?
Voor een kind van 9 jaar is het geven van zakgeld per week meestal het beste. Hun tijdsbesef is nog in ontwikkeling en een week is een periode die ze goed kunnen overzien. Dit helpt hen om te leren plannen met een vast budget zonder dat het te overweldigend wordt.
Krijgt je kind het geld maandelijks, dan is de kans groot dat het na een paar dagen al op is. Door wekelijks een vast bedrag te geven op een vaste dag, creëer je structuur en voorspelbaarheid.
Contant of digitaal: wat is slim op deze leeftijd?
De wereld wordt steeds digitaler, en dat geldt ook voor betalen. Toch is het voor een 9-jarige nog heel waardevol om (deels) met contant geld om te gaan.
- Contant geld: Fysieke munten en briefjes maken de waarde van geld tastbaar. Je kind ziet het geld letterlijk verminderen als hij of zij iets koopt. Dit helpt bij het besef dat op écht op is. Ongeveer de helft van de 8- en 9-jarigen krijgt het zakgeld nog volledig contant.
- Digitaal zakgeld: Steeds meer ouders stappen over op digitaal zakgeld, bijvoorbeeld via een automatische overboeking naar een jeugdrekening. Dit heeft als voordeel dat je het nooit vergeet en dat je kind alvast leert omgaan met een bankrekening en een saldo.
Een goede middenweg kan zijn om een deel contant te geven en een deel op de rekening te storten. Zo leert je kind met beide vormen van geld omgaan.
Wat betaalt je kind zelf? Maak duidelijke afspraken.
Misschien wel de belangrijkste stap is het maken van heldere afspraken. Je kind moet precies weten wat hij of zij wel en niet van het zakgeld moet betalen. Denk hierbij aan:
- Snoep en lekkers
- Klein speelgoed of gadgets
- Cadeautjes voor vriendjes of familie
- Sparen voor een grotere aankoop (bijvoorbeeld een game of Lego-set)
Tip: Maak een zakgeldcontract!
Om discussies te voorkomen, kan het helpen om deze afspraken samen op papier te zetten in een simpel zakgeldcontract. Zet hierin het bedrag, de betaaldag en de regels over wat je kind zelf betaalt. Als jullie het allebei ondertekenen, voelt het extra officieel.
Je kind leren sparen: zo pak je dat aan
Op deze leeftijd begrijpen kinderen steeds beter dat je door geld opzij te zetten, later iets groters kunt kopen. Dit is dus een perfect moment om sparen te stimuleren.
Help je kind een spaardoel te kiezen. Is het een computerspel, een boek of een nieuw skateboard? Maak het visueel: een plaatje op een spaarpot kan enorm motiveren. Bespreek hoeveel er per week opzij gezet kan worden om het doel te bereiken. Fouten maken hoort hier ook bij; het is leergeld dat je kind leert over de waarde van geld.
Onthoud: het uiteindelijke doel van zakgeld is niet de hoogte van het bedrag, maar de lessen in financiële zelfredzaamheid die je je kind meegeeft voor de toekomst.